Hoe Mindfulness ons kan helpen wanneer we rouwen

photo-1544794577-fa8d9fe4c9b6

Mindfulness en rouw, op het eerste gezicht geen voor de hand liggende combinatie. Maar als we even stilstaan bij wat Mindfulness betekent, wordt het duidelijk hoe waardevol Mindfulness kan zijn wanneer we zelf met verlies geconfronteerd worden of wanneer we een naaste die rouwt nabij willen zijn.

Sta me toe even de woorden van Edel Maex (psychiater, pionier van Mindfulness in België en Nederland) te lenen: “Mindfulness is open, milde aandacht voor wat er is.” Soms is datgene wat er is verlies: iemand sterft, we scheiden, een vriendschap eindigt, we worden ziek of zien mensen rond ons ziek worden, we verliezen onze job, sommigen onder ons zijn al dan niet gewenst kinderloos, we verhuizen, velen zien zich zelfs verplicht om hun land te ontvluchten, we worden ouder, de kinderen gaan het huis uit ... Zo kent iedereen ongetwijfeld verschillende vormen van verlies.
Ook de wereldwijde coronacrisis en de natuurrampen die onze planeet teisteren, brengen bovenop overlijdens ook andere, specifieke en soms ongekende vormen van verlies teweeg.

Wie verlies zegt, zegt rouw. Maar wat is dat eigenlijk, rouwen?
Johan Maes (psycho-, rouw- en traumatherapeut, opleider en auteur) verwoordt het erg mooi in zijn boek Het DNA van rouw: “Rouwen kunnen we bekijken als een traject dat we afleggen om onszelf weer bij elkaar te rapen, het verlies te integreren in wie we zijn en mee te dragen als een ervaring die ons verdere leven mee vorm en kleur geeft.”
Rouwen is dus geen abnormale reactie en al evenmin een ziekte, zoals de wet impliciet aangeeft (Rouwverlof bij overlijden van je partner of je kind is in 2021 uitgebreid van 3 naar 10 dagen; als dat niet volstaat, ben je verplicht om ziekteverlof te nemen). Rouw is “het antwoord dat iemand geeft
op het verlies van iemand of iets waarmee een betekenisvolle relatie bestaat
” (Johan Maes in Het DNA van rouw).

In de loop van ons leven worden we allemaal geconfronteerd met klein en groot verlies, en rouwen we om dat verlies. Toch weten we vaak niet goed hoe daarmee om te gaan, noch met onze eigen rouw noch met die van anderen. Dat is niet abnormaal: generaties lang ging men ervan uit dat zwijgen over verlies een manier was om geen pijn en verdriet te voelen. Dankzij onderzoek, studies en bevraging van rouwenden weten we vandaag beter, maar het verklaart wel de onwennigheid en een zeker onvermogen om te rouwen of een rouwende bij te staan.
Het probleem daarbij is dat we vanuit die onwennigheid of dat onvermogen vaak net die dingen zeggen of doen waar rouwenden geen boodschap aan hebben of die zelfs ronduit kwetsend zijn, hoe goed we het ongetwijfeld ook bedoelen. En misschien is het nóg erger om helemaal niks te zeggen, want een rouwende heeft dan het gevoel dat zijn verlies niet gezien, niet erkend wordt. Als je niet weet wat te zeggen aan een rouwende, kan je dát misschien gewoon zeggen: “Ik weet eigenlijk niet goed wat te zeggen.” Alleen al door je eigen machteloosheid en kwetsbaarheid te benoemen, toon je betrokkenheid en bezorgdheid.

Hoe kan Mindfulness ons daar nu bij helpen?
Mindfulness leert ons om aandacht te hebben voor wat er is, om als het ware tussen twee kliffen te varen: enerzijds ons niet laten overspoelen door wat er gebeurt en anderzijds onze blik er niet van afwenden. Ook wanneer we iemand of iets verliezen, nodigt Mindfulness ons uit om dat verlies bewust te beleven, om aandacht te hebben voor alles in ons wat rouwt: ons lichaam, onze emoties, onze gedachten ...
Dat vinden we ook terug in de woorden van Johan Terryn (acteur, radio- en tv-maker): “Wat de wonde heelt, is de aandacht die we eraan geven.”
De moed hebben om te kijken naar wat er is, hoe moeilijk of hoe pijnlijk ook. Kijken om te kunnen kiezen hoe je ermee omgaat. Want dat is Mindfulness: een bejegeningswijze, een manier van omgaan met onszelf, met de anderen, met datgene wat ons overkomt ...

Mindfulness nodigt ons ook uit om onze blik niet af te wenden wanneer het een naaste is die rouwt. We kunnen immers allemaal, vanuit eender welke rol, als partner, familielid, vriend of kennis, collega of buur een wezenlijk verschil maken voor iemand die rouwt om een verlies. Ook hier is het sleutelwoord aandacht. Open, milde aandacht.

Daarbij denk ik spontaan aan de woorden van een dierbare vriendin, die acht maanden geleden met een erg pijnlijk verlies werd geconfronteerd. Ze vertelde me wat ze had geantwoord toen iemand nogal bot reageerde op haar verhaal: “Ik heb niemand nodig die tegenover mij gaat staan en mij probeert te overtuigen van zijn of haar standpunt. Dat helpt mij niet. Ik heb mensen nodig die naast mij komen staan zodat ze misschien kunnen zien hoe het voor mij is. Ze mogen me wijzen op dingen die ik niet zie, graag zelfs; maar dat ze dan eerst naast mij komen staan en proberen te zien wat ik zie.”
Haar woorden zinderen nog steeds na. Want is dat niet precies wat we vaak doen: wel naar de ander luisteren maar ondertussen al klaarstaan met onze mening en ons wellicht goedbedoeld advies? In plaats van te luisteren, écht te luisteren naar hoe het voor de ander is, onbevangen en met een mateloze mildheid. Hoe vreemd of onbegrijpelijk de beleving van de ander ons ook mag lijken, kunnen we niet gewoon aanvaarden dat iemand anders de dingen misschien op een andere manier ervaart dan wij, andere dingen voelt, doet, denkt ...?
De woorden van die vriendin draag ik voortaan mee als een waardevolle les in nederigheid en mildheid. En telkens wanneer ik naar iemand luister, denk ik aan haar en ga ik naast die persoon staan, om te zien wat zij of hij ziet.

Rouwen is immers een universeel gegeven maar tegelijk ook een volstrekt unieke beleving. Manu Keirse (klinisch psycholoog, doctor in de geneeskunde en rouwexpert) heeft het in één van zijn boeken over “een vingerafdruk van verdriet”. Er is geen goeie of foute manier van rouwen, geen normale of abnormale manier; er is alleen maar de manier waarop iemand op een bepaald moment rouwt.

Als je luistert naar een rouwende en probeert te begrijpen wat het verlies voor hem of haar betekent, dan zal je ook weten of voelen wat die persoon nodig heeft. Soms volstaat het om er gewoon te zijn en te luisteren naar zijn of haar verhaal, elke keer opnieuw als dat nodig blijkt. Soms kan je heel concreet helpen met praktische zaken: eten maken, iemand met de auto wegbrengen, info opzoeken, papieren in orde brengen of een telefoontje doen, boodschappen doen, de kinderen opvangen ...
Want laten we niet vergeten dat elk verlies ook ander verlies met zich meebrengt. Wanneer je partner doodgaat, verlies je misschien ook de plek waar je woont of zelfs familieleden en vrienden. Jobverlies betekent inkomstenverlies maar kan ook betekenen dat je een deel van je identiteit of zingeving kwijt bent, geen zelfvertrouwen meer hebt of bepaalde collega’s niet meer zal zien. Ouderdom of ziekte kunnen onze bewegingsvrijheid beperken en bepaalde activiteiten onmogelijk maken. Dat ‘secundair verlies’ maakt de verlieservaring nog ingrijpender dan ze op zich al was en heeft een niet te onderschatten impact op het rouwproces.

Aandacht hebben voor een rouwende betekent dus aandacht hebben voor alles wat er op dat moment is. Zo zal je misschien ook opmerken dat een rouwende niet altijd (alleen maar) verdriet en pijn voelt. Soms is er ook opluchting, woede, schuldgevoel ... En evengoed kunnen er positieve emoties zijn, zoals dankbaarheid, trots, liefde ... Want rouwen is de keerzijde van graag zien.
Het is belangrijk om ruimte te maken voor álle emoties en zelfs op zoek te gaan naar positieve emoties: ja, er is misschien verdriet en pijn en kwetsbaarheid, maar niet alleen, er is ook dankbaarheid en liefde, moed en kracht. Aandacht hebben voor beide zijden van de medaille vergroot onze veerkracht.

In tegenstelling tot wat lang gedacht werd, heeft rouw geen eindpunt, rouwen doen we een leven lang. Het verlies kan immers niet ongedaan gemaakt worden, het maakt voortaan en voor de rest van ons leven wezenlijk deel uit van wie we zijn.
De gedachte aan levenslang rouwen lijkt misschien beangstigend, maar dat hoeft het niet te zijn. Met de tijd wordt rouw minder intens, minder acuut en neemt het andere, zachtere vormen aan.
En er is de grote troost dat de dood van een dierbare niet betekent dat de band met die persoon ophoudt te bestaan. Vroeger vond men dat die band moest verbroken worden om je leven te kunnen verderzetten. Nu weet men dat die blijvende band net essentieel is.

Ik was een meisje van 5 toen mijn vader stierf aan een hersentumor. Ook al is hij al zo lang niet meer fysiek aanwezig en kan ik hem nooit meer horen, zien of vastpakken, toch is hij nog steeds mijn vader en zie ik hem nog altijd graag. Waarom zou zijn afwezigheid daar iets aan veranderen?
Ik houd die band ook bewust levend op vele kleine manieren. Ik heb altijd een foto van hem bij me, waarop hij mij als baby liefdevol in zijn armen houdt en waar ik nog vaak naar kijk. Ik luister gretig naar de vele verhalen van zijn broers en zussen van toen hij zelf nog een jongetje was. En zelf vertel ik ook graag over wat ik me nog van hem herinner of vraag ik me af wat hij van bepaalde zaken zou denken, wat hij zou zeggen of doen. Op zijn verjaardag en op zijn sterfdag drinken mijn moeder, mijn zus en ik samen een glaasje ter ere van hem. Ik streef ernaar goed en vriendelijk te zijn voor anderen, net als hij deed, hij was een erg lieve man. Een van de dingen die ik het liefst doe, is naar zee gaan, zoals we vroeger vaak deden met ons gezin, waarbij mijn vader altijd zo vrolijk was. Ook die ene foto is op het strand getrokken.
Zo blijft mijn vader een mooie, warme aanwezigheid in mijn leven, voel ik hem dicht bij mij en probeer ik te eren wie hij was, wie hij is. Ook over die blijvende band vindt Johan Terryn weer wondermooie woorden in zijn aangrijpende voorstelling en boek Het uur blauw: “Ik gebruik het woord verhuizen. Mijn vader is verhuisd van de buiten- naar de binnenkant.”

Met mijn vader warm genesteld in mijn binnenkant probeer ik nu aan mensen te vertellen hoe belangrijk het is om aandacht te hebben voor verlies en voor het rouwen dat daaruit voortvloeit. Dat is de vorm die mijn rouw heeft aangenomen. Het is een zachte vorm vol gemis, een ander soort aanwezigheid en een grote levensvreugde.

Dominique Guiette is Mindfulnesstrainer bij de federale overheid
en begeleidt workshops rond verlies & rouwondersteuning

0 berichten

Er zijn nog geen reacties. Wees de eerste die een reactie plaatst!